Boek review '7 measures of success, what remarkable associatons do that others don't'
Dit boek is het resultaat van een 4 jaar durende studie naar buitengewoon goed presterende verenigingen. In het onderzoek wordt gebruik gemaakt van dezelfde analyse methode die ook Jim Collins gebruikte in zijn boek 'from good to great'. Deze methode gaat uit van het steeds paarsgewijs onderzoeken en vergelijken van verenigingen. Hierbij worden zeer goed presterende verenigingen vergeleken met verenigingen die de stap naar dit prestatieniveau niet konden maken.
Verenigingen moesten om mee te kunnen doen aan de studie tenminste 20 jaar actief zijn. Zij moesten een positieve begroting hebben en beschikken over een hoge mate van loyaliteit van leden. Tevens was vereist dat de verenigingen een groot marktaandeel hebben. Bovendien moest de vereniging tenminste meer dan 1 directeur gedurende de 15 jaar voorafgaand aan de studie gehad hebben. Hiernaast werd op basis van deze criteria een referentiegroep gevormd die op met name financiële criteria en ledenbehoud lager scoorde.
In totaal werden 11 variabelen geselecteerd voor analyse en vergelijking.
Het ging hierbij om de volgende variabelen: visie, markten, concurrenten, omgeving, organisatiestructuur, beleid, systemen, gebruik van technologie, bedrijfsstrategie, producten en diensten, leiderschap, maatschappelijke relevantie, cultuur, financiële gezondheid, fysieke vestiging, locatie en overheidsbeleid.
Door het uitvoeren van gedragsonderzoek is bepaald welke van bovenstaande factoren de grootste impact hebben op het duurzaam zeer goed presteren van verenigingen. Uit deze studie werden door de onderzoekers 7 karakteristieke elementen geselecteerd die de 'Great' organisations onderscheiden van de 'Good' organisations. (Jim Collins).
Deze karakteristieken zijn ingedeeld in drie categorieën:
Doelgerichtheid
1- een klantgerichte cultuur, aansluiting tussen producten en diensten met de missie
2- aansluiting van de geleverde producten en diensten bij de passie van de organisatie, superverenigingen zien leden meer als een familielid om te helpen dan als een markt om aan te verkopen, ze houden goed focus op hun missie en verkopen geen diensten die hier niet goed op aansluiten. Worden gekenmerkt als lerende organisaties waarbij het experimenteren en gecontroleerd toestaan van risico's is toegestaan
Analyse en feedback
3- Strategie gebaseerd op informatie - continue feedback loops waarmee de behoeften van leden inzichtelijk worden gemaakt op een gestructureerde manier, geen giswerk maar solide onderzoek naar de behoeften en aanpassing van de organisatie op de veranderende wensen van leden
4- Dialoog en betrokkenheid - een continue dialoog tussen directie en vrijwilligers over de richting van de organisatie en de prioriteiten. Alle neuzen altijd dezelfde kant op.
5- CEO die faciliteert en delegeert en waarbij de organisatie leden betrekt om de gemeenschappelijke belangen in een visie om te zetten waar iedereen achter kan staan. De CEO moet een cultuur van mogelijkheden creëren in plaats van het eigenaarschap van ideeën op te eisen
Acties
6- Organisatie aanpassingsvermogen, continu leren, aanpassen aan de veranderingen door programma's die niet langer de leden of de missie ondersteunen af te bouwen en vasthouden aan de kritische kern van bestaan van de vereniging
7- Bruggen bouwen, het zoeken van partners en projecten die complementair zijn aan de missie en doelstellingen, bepalen welke partnerships te vermijden en welke te kiezen.
In het laatste hoofdstuk wordt beschreven hoe deze nieuwe inzichten zich verhouden tot de bestaande kennis in het vakgebied. Welke ideeën over organisatie-ontwikkeling blijven overeind en welke dienen te worden herzien?
Een groot MT of veel directieleden, leidt tot overleg en daarmee verlies van daadkracht en een meer strategische dan operationele betrokkenheid van managers.
De beste verenigingen zien de status van non-profit meer als een belastingstatus dan als een mentale status. Het maakt niet zoveel uit wie de organisatie aanstuurt als dit maar gebeurt op basis van informatie. Een gezonde financiële positie is een logisch gevolg van de juiste focus!
De LedenMonitor is door BusinessMonitor speciaal ontwikkeld om verenigingen in staat te stellen om op een continue wijze te leren van de leden. Met behulp van de LedenMonitor kunnen verenigingen op basis van door leden gesignaleerde behoeften en wensen snel en eenvoudig aanpassingen realiseren in processen en productaanbod.
Meer weten over de LedenMonitor neem contact op.
- Door Mascha Scholten